Download dit artikel als PDF 25 september 2015

Beroepsaansprakelijkheid advocaat: niet verschuilen achter kantoor en geen ‘persoonlijk ernstig verwijt’ vereist

De Hoge Raad heeft op 18 september jl. een arrest gewezen over de beroepsaansprakelijkheid van advocaten. Daaruit wordt duidelijk dat wanneer een advocaat een beroepsfout maakt, hij onrechtmatig handelt ten opzichte van de cliënt. Dat staat los van de vraag wie in formele zin als opdrachtnemer beschouwd kan worden. Ook bevestigt de Hoge Raad dat voor aansprakelijkheid van de advocaat niet geldt dat deze een ‘persoonlijk ernstig verwijt’ treft. Dat is immers de norm voor bestuurdersaansprakelijkheid en niet voor beroepsaansprakelijkheid.

De zaak
Het betrof in deze zaak een eiser die een geldlening van een miljoen euro aan een vastgoedbedrijf had verstrekt. Als zekerheid verkreeg de eiser een hypotheekrecht op een perceel grond en een aantal borgtochten. Vervolgens ging niet alleen het vastgoedbedrijf failliet, maar ook de borgen zelf. Bovendien bleek dat de grond slechts 140.000 euro waard was.

Eiser werd bij het afsluiten van geldlening bijgestaan door twee advocaten: één van hen was partner bij het advocatenkantoor, en de andere was advocaat in dienstbetrekking. De overeenkomst van opdracht tot rechtsbijstand was gesloten tussen eiser en de advocatenmaatschap. De eiser heeft zowel de partner als de advocaat in dienstbetrekking persoonlijk aansprakelijk gesteld omdat hij van mening is dat ze toerekenbaar zijn tekortgeschoten en onrechtmatig hebben gehandeld. Zo hebben ze de waarde van de grond niet onderzocht en hem hierover niet geadviseerd.

Wie is de opdrachtnemer?
De rechtbank en het gerechtshof oordeelden echter dat de eiser de advocatenmaatschap had moeten aanspreken en niet de individuele advocaten. Volgens het hof was de opdracht immers aan de maatschap en niet aan hen persoonlijk gegeven. Bovendien was niet gesteld dat een persoonlijk ernstig verwijt aan de partner en de advocaat gemaakt kon worden. De vordering werd daarom afgewezen, waarop de eiser in cassatie ging en bij de Hoge Raad terecht kwam.

Oordeel Hoge Raad
De Hoge Raad oordeelt dus anders dan de rechtbank en het gerechtshof en gaat daarbij ook tegen het advies van de Advocaat-Generaal in. De Hoge Raad overweegt dat wanneer een advocaat persoonlijk wordt aangesproken, terwijl de overeenkomst is gesloten met het kantoor, de vordering gebaseerd moet zijn op onrechtmatig handelen. Daarvoor geldt de zorgvuldigheidsnorm van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot. Voor het slagen van die vordering is niet vereist dat aan de advocaat een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Wanneer een advocaat door zijn cliënt wegens een beroepsfout wordt aangesproken, betreft dit namelijk zijn aansprakelijkheid als beroepsbeoefenaar en niet zijn aansprakelijkheid als bestuurder van een vennootschap.

Wilt u meer weten over deze uitspraak, dan kunt u contact opnemen met Arnoud van Campen of Boudewijn Cremers. Zij maken beiden deel uit van de sectie Aansprakelijkheid & Procespraktijk.

Deze blog bevat algemene informatie en is met veel aandacht en zorgvuldigheid geschreven. Juridisch advies is echter altijd maatwerk. Wint u dus in een voorkomend geval altijd deskundig juridisch advies in. (Lees onze disclaimer).