In een uitspraak van 16 februari 2023 heeft de kantonrechter van de rechtbank Noord-Nederland zich gebogen over de vraag of een vennoot namens een vennootschap onder firma (vof) wel een procedure kon starten, omdat één van de vennoten geen toestemming had gegeven voor het starten van die procedure. De vennootschapsovereenkomst bepaalt namelijk dat ‘de medewerking van alle vennoten wordt gevorderd’ voor het voeren van rechtsgedingen. De medevennoot wil een stokje steken voor de procedure en voert samen met de andere procespartij, de werknemer van de vof, aan dat er voor de procedure geen toestemming is verleend en de vof daarom niet-ontvankelijk moet worden verklaard. Deze uitspraak geeft aanleiding stil te staan bij de bevoegdheid van vennoten om namens de vof in gerechtelijke procedures op te treden.
