Franchiseovereenkomst vernietigd wegens schending standstil-periode

Franchiseovereenkomst vernietigd

Op basis van artikel 7:913 BW moet de franchisegever bepaalde informatie verstrekken aan de beoogde franchisenemer, zodat deze een reële inschatting kan maken van de risico's van de franchiseovereenkomst. Deze informatie moet volgens art 914 lid 1 BW ten minste vier weken voor het sluiten van de franchiseovereenkomst worden verstrekt, wat ook wel de “standstill-periode” wordt genoemd.

Tijdens deze periode mag de franchisegever geen wijzigingen aanbrengen in het ontwerp van de franchiseovereenkomst, geen overeenkomst sluiten met de franchisenemer, en geen betalingen of investeringen aanzetten die samenhangen met de franchiserelatie. Als de franchisegever deze verplichting schendt kan dat voor hem impactvolle gevolgen hebben. Dat blijkt uit een zojuist gepubliceerde uitspraak.

Op 15 maart 2023 heeft de rechtbank Noord-Holland vonnis gewezen in een geschil tussen een franchisegever en franchisenemer. In deze zaak ECLI:NL:RBNHO:2023:2636, vorderde de franchisegever betaling van diverse facturen van de franchisenemer, terwijl de franchisenemer zich verweert met de stelling dat de standstill-periode van 4 weken is geschonden. Als gevolg daarvan vordert de franchisenemer vernietiging van de franchiseovereenkomst. En met succes, zo oordeelde de kantonrechter.

De franchisegever in kwestie had op 25 mei 2021 informatie verstrekt aan de franchisenemer over een te sluiten franchiseovereenkomst. Op 11 juni 2021 was de franchiseovereenkomst daadwerkelijk gesloten. Echter, de franchisenemer beriep zich op de schending van de standstill-periode van 4 weken, zoals bepaald in artikel 7:914 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW). De franchisenemer vorderde daarom de vernietiging van de franchiseovereenkomst.

De franchisegever betwistte dat zij de standstill-periode had geschonden. Zij betoogde dat het beroep van de franchisenemer op dit artikel niet opging, omdat de overeenkomst tussen partijen pas zou zijn ingegaan op 1 oktober 2021. Volgens de franchisegever was er ruim voldaan aan de standstill-periode, aangezien dit 16 weken na het verstrekken van de informatie betrof.

De kantonrechter kon dat standpunt van de franchisegever niet volgen. Volgens de kantonrechter bleek uit artikel 7:914 lid 1 BW duidelijk dat de informatie vier weken voor het sluiten van de overeenkomst moest worden verstrekt. Aangezien partijen de franchiseovereenkomst op 11 juni 2021 hadden ondertekend, was deze op dat moment gesloten. Dit betekent dat de franchisegever de standstill-periode van vier weken niet in acht had genomen, terwijl dat wel verplicht is.

De kantonrechter oordeelde daarom dat de franchisenemer terecht een beroep had gedaan op de vernietiging van de overeenkomst. De vernietiging had in dit geval had de volledige werking met terugwerkende kracht, zodat partijen in een situatie moesten worden gebracht alsof er geen overeenkomst tot stand was gekomen.

Dit had onder meer tot gevolg dat de franchisenemer de facturen van de franchisegever niet verschuldigd was. De franchiseovereenkomst werd vernietigd en de franchisegever werd veroordeeld tot het voldoen van de proceskosten.

Een gerechtvaardigde vernietiging van de franchiseovereenkomst kan enorme impact hebben op de franchiserelatie. Franchisegever en franchisenemer doen er dus verstandig aan om dergelijke problemen te voorkomen.

Meer weten over dit onderwerp? Neem gerust contact op met Chantalle

 

Juridisch advies is altijd maatwerk. Deze blog bevat algemene informatie. Hoewel het artikel met veel aandacht en zorgvuldigheid is geschreven, is het verstandig om in een voorkomend geval altijd deskundig juridisch advies in te winnen. (Lees onze disclaimer).

Chantalle Damen

Advocaat

AdvocaatNeem contact op