Download dit artikel als PDF 24 februari 2014

Bureau Krediet Registratie (BKR): vriend of vijand?

De teugels rond de hypotheekverstrekking zijn de laatste jaren flink aangetrokken. Zo is de bank bij iedere hypotheekaanvraag (onder andere) verplicht om een BKR-toets uit te voeren. Als de bank na een verplichte BKR-toets tot de ontdekking komt dat een consument een (negatieve) registratie bij het Bureau Kredietregistratie (BKR) heeft, kan de consument doorgaans naar zijn hypothecaire lening fluiten. Maar is de negatieve aantekening wel altijd terecht?

De Wet op het financieel toezicht (Wft) verplicht iedere kredietaanbieder die aan consumenten kredieten verstrekt deel te nemen aan “een stelsel van kredietregistratie”. Ter uitvoering van deze wettelijke verplichting is er een BKR. In het belang van de consument wint een kredietaanbieder informatie in over diens financiële positie en beoordeelt of het aangaan van de kredietovereenkomst, met het oog op overkreditering van de consument, verantwoord is. Bij de uitvoering dient het BKR zich te houden aan het Algemeen Reglement BKR (en in geval van een geschil aan het Reglement Geschillencommissie BKR) waarin de rechtsverhouding tussen het BKR en de aangesloten kredietgevers is geregeld.

Het BKR houdt van elke persoon met een in Nederland afgesloten krediet een elektronisch dossier bij in het Centraal Krediet Informatiesysteem (CKI). Belangrijk om te weten is dat gegevens over een lening tot 5 jaar na aflossing van de lening worden bewaard in het CKI. Er bestaat een belangrijk onderscheid tussen een positieve en negatieve registratie: een eenmaal afgesloten krediet dient door de kredietgever bij het BKR te worden geregistreerd (positieve registratie) en een eventuele betalingsachterstand op en/of bijzonderheden ten aanzien van de terugbetaling van het krediet nopen tot een negatieve registratie. Een consument is niet per definitie het zwarte schaap als hij een BKR-registratie op zijn naam heeft staan zolang het een positieve registratie betreft. Voordat de kredietgever overgaat tot registratie van een Achterstandsmelding is zij reglementair verplicht daarvoor te waarschuwen middels een zogenaamde ‘vooraankondiging’. Naast de Achterstands- en Herstelmelding bestaan er nog vier bijzonderheidscodes. Foutieve registraties komen (helaas) geregeld voor. In de praktijk blijkt dat bezwaar maken tegen een BKR-registratie zeker kan lonen. Kredietgevers hebben weliswaar een wettelijke verplichting bepaalde zaken te registreren maar als er is gehandeld in afwijking van de vigerende regelgeving of als er bijzondere omstandigheden zijn, dan is het de moeite waard om te ageren tegen de BKR-vermelding door een beroep te doen op de Geschillencommissie BKR.

Wilt u meer lezen over dit onderwerp, dan verwijzen wij u naar het artikel van mr Angela Evers in het Tijdschrift Financiering, Zekerheden en Insolventierechtpraktijk. Voor meer informatie en/of advies kunt u contact met haar opnemen.