Download dit artikel als PDF 25 oktober 2019

De curator en de pauliana

Een schuldeiser voert een procedure tegen een schuldenaar en de financierende bank van de schuldenaar. In de procedure beroept de schuldeiser zich op de pauliana. De schuldeiser stelt dat de schuldenaar onverplicht zekerheden heeft gevestigd ten behoeve van de bank. Tijdens de procedure gaat de schuldenaar failliet. De curator is exclusief bevoegd om de pauliana in te roepen. De bank en de curator stellen zich op het standpunt dat de schuldeiser niet bevoegd is om haar vorderingen in te stellen. De rechtbank oordeelt evenwel dat de schuldeiser wel ontvankelijk is in haar vorderingen.

In 2001 hebben Vesteda en Mega Projecten B.V. een samenwerkingsovereenkomst gesloten op grond waarvan Vesteda financiering heeft verstrekt aan Mega Projecten ten behoeve van een woningbouwproject. Tussen de verschillende Megahome-vennootschappen en de Rabobank bestaat een financieringsrelatie. In 2007 is de toen bestaande financiering uitgebreid tot een krediet in rekening-courant ter hoogte van € 125.000. Daartegenover stond een hypothecaire zekerheid van ongeveer € 25 miljoen. In 2009 geeft de Rabobank aan de financiering niet te continueren tenzij nieuwe voorwaarden worden overeengekomen. Er wordt in 2010 een nieuwe financieringsovereenkomst tussen Rabobank en de Megahome-vennootschappen gesloten. Het krediet in rekening-courant van € 125 miljoen wordt gesplitst in een lening van € 100 miljoen en een krediet in rekening-courant van € 25 miljoen. Daarnaast verkrijgt Rabobank hypotheekrechten tot een bedrag van € 125 miljoen exclusief rente en kosten.

De Rabobank is na 2010 een procedure gestart tegen de Megahome-vennootschappen. In 2013 zijn die vennootschappen veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 125 miljoen aan Rabobank. Rabobank heeft beslag op onroerende zaken gelegd en deze executoriaal laten veilen. De executieopbrengst staat in depot bij een notaris. Vesteda maakt naast de Rabobank eveneens aanspraak op die opbrengst.

Pauliana
Vesteda voert in de procedure aan dat het aanvaarden van het financieringsaanbod van Rabobank in 2010, het verstrekken van de hypotheekrechten en het sluiten van de geldleningsovereenkomst paulianeus zijn. De Rabobank stelt zich op het standpunt dat er een verplichting bestond tot het verstrekken van meer zekerheden en dat er geen sprake is van onverplichte rechtshandelingen.

Na faillissement van de Megahome-vennootschappen neemt de curator de procedure over. De curator stelt dat er in zijn optiek sprake is van paulianeus handelen, maar dat Vesteda in haar vordering niet dient te worden ontvangen. Volgens de curator ligt immers het primaat van een vordering op grond van pauliana exclusief bij hem.

Oordeel rechtbank
De rechtbank stelt dat een vordering vanwege pauliana (buiten faillissement) op grond van artikel 3:45 BW door iedere schuldeiser kan worden ingesteld die door de bestreden rechtshandeling wordt benadeeld. Voorts stelt de rechtbank dat een rechtsvordering wegens faillissementspauliana enkel en alleen door een curator kan worden ingesteld. In dit geval heeft Vesteda circa vier jaar voordat de faillissementen van de Megahome-vennootschappen werden uitgesproken haar vordering op grond van de pauliana ingesteld. Omdat het primaat van de rechtsvordering op dat moment niet bij de curator lag, deze was nog niet eens benoemd, dient Vesteda volgens de rechtbank in haar vordering ontvankelijk te worden verklaard. Dat verandert niet door het faillissement van de Megahome-vennootschappen. Toen de Megahome-vennootschappen failliet werden verklaard, werd de procedure geschorst. De curator heeft de procedure echter overgenomen en voortgezet. De rechtbank oordeelt dat het aanvaarden van het financieringsaanbod in 2010 en het verlenen van hypotheekrechten onverplicht zijn geweest. De financieringsrelatie uit 2007, was gelet op de brieven van de Rabobank, in 2009 al geëindigd terwijl bij het financieringsaanbod in 2010 geen nieuwe of aanvullende financiering werd verstrekt. Tegenover het verlenen van hypotheekrechten stond geen reële tegenprestatie. Bovendien heeft de Rabobank tijdens de zitting toegelicht dat de hypotheekrechten zijn gevestigd op basis van de overeenkomst van 2010 en niet op grond van die van 2007. Vesteda is door de hypotheekverlening benadeeld. Zij wordt daardoor immers beperkt in haar verhaalsmogelijkheden. De rechtbank oordeelt dat door de Megahome-vennootschappen en Rabobank paulianeus is gehandeld en dat daarom zowel de hypotheekrechten als de financieringsovereenkomst van 2010 vernietigbaar zijn.

 

Wilt u meer weten over dit onderwerp, neem dan contact op met Robbert Roeffen of een andere specialist uit ons brancheteam Finance.

Deze blog bevat algemene informatie en is met veel aandacht en zorgvuldigheid geschreven. Juridisch advies is echter altijd maatwerk. Wint u dus in een voorkomend geval altijd deskundig juridisch advies in. (Lees onze disclaimer).