Download dit artikel als PDF 22 april 2015

Handhaving procesregels door gerechtshof niet altijd aanvaardbaar

Binnen de rechtspraak lopen sinds enkele jaren verschillende pilots waarmee onder meer wordt beoogd de doorlooptijden van de procedures te verkorten. Ook de gerechtshoven te Amsterdam en ’s-Hertogenbosch gebruiken pilots met als doel de doorlooptijden van procedures te verkorten. Enkele van de ingevoerde maatregelen zijn: 
• Kortere termijnen voor het indienen van processtukken;
• Beperking van de mogelijkheden om uitstel te krijgen;
• Ambtshalve handhaving van de termijnen.

Tijdig stukken indienen voor hoger beroep
Deze regels kunnen meebrengen dat een partij die in hoger beroep is gegaan, toch zijn kans verliest om zijn zaak aan het hof voor te leggen. Dit is bijvoorbeeld het geval als de betreffende advocaat verzuimt om tijdig het inhoudelijke processtuk in te dienen, waaruit de grondslagen voor het hoger beroep blijken (de zogenoemde memorie van grieven). De mogelijkheid op hoger beroep bij het hof is daarmee dan definitief verspeeld. Vanwege deze en vergelijkbare consequenties is nogal wat kritiek op de regeling gekomen. Mede door de constatering dat bij gerechtshoven zelf de achterstanden in de afhandeling van zaken opliepen. Partijen moeten bijvoorbeeld vaak lang wachten totdat zij een uitspraak krijgen. Daarmee leek de balans zoek.

Voorkomen vertraging versus ernst van verzuim
Op 17 april jl. heeft de Hoge Raad zich hierover in twee zaken moeten buigen (ECLI:NL:HR:2015:1064 en ECLI:NL:HR:2015:1075). Enkele beslissingen van de hoven - waarbij de nieuwe regels strikt waren toegepast - werden aan de Hoge Raad ter beoordeling voorgelegd. De Hoge Raad overwoog dat de sanctie op het niet in acht nemen van de termijnen van het pilotreglement in een redelijke verhouding moet staan tot het verzuim. Zeker wanneer het gaat om de toegang tot de (appel)rechter. Het belang van het voorkomen van onredelijke vertraging moet worden afgewogen tegen de ernst van het verzuim en de gevolgen die strikte naleving van het reglement zou hebben. In een geval als hiervoor geschetst, waarbij een partij definitief zijn kans op hoger beroep verliest, zou die afweging volgens de Hoge Raad zonder meer moeten leiden tot het verlenen van een (korte) termijn van veertien dagen om het verzuim te herstellen. De Hoge Raad geeft daarmee een duidelijk signaal aan de gerechtshoven dat een strikte handhaving van de procesregels niet in alle omstandigheden aanvaardbaar is.

Wilt u meer weten over dit onderwerp, neem dan contact op met Floortje van Tilburg of met één van onze andere specialisten van de sectie Aansprakelijkheid & Procespraktijk.
 
Deze blog bevat algemene informatie en is met veel aandacht en zorgvuldigheid geschreven. Juridisch advies is echter altijd maatwerk. Wint u dus in een voorkomend geval altijd deskundig juridisch advies in. (Lees onze disclaimer).