Download dit artikel als PDF 22 oktober 2020

Koper moet ondanks voorbehoud toch onderneming kopen

In het kader van een bedrijfsovername doet een koper doorgaans een diepgaand (due diligence) onderzoek naar de onderneming, die hij wil kopen, voordat hij echt besluit te kopen. Hiervoor maakt een koper dan een voorbehoud. Als de uitkomst van het onderzoek voor de koper niet bevredigend is, mag hij afzien van de koop. Maar mag de koper zich daar altijd op beroepen?

In de zaak die voor de rechter kwam had de koper al een koopcontract getekend. In dat contract had hij ook een voorbehoud gemaakt. Hij zou de koopovereenkomst mogen beëindigen als uit het onderzoek naar redelijk oordeel van de koper belangrijke feiten of omstandighedenzouden blijken, met een negatieve invloed op de waarde van de onderneming. Hij mocht ook een einde maken aan de koopovereenkomst als zou blijken van omstandigheden die een risico zouden kunnen vormen voor koper of voor vennootschappen uit het concern van de koper. De onderneming was een ICT-dienstverlener met onder andere een digitaal platform voor financiële dienstverleners. Uit het onderzoek van de koper bleek onder meer dat er sprake was van achterstallig onderhoud bij de software van het bedrijf. De koper beëindigde daarom de koopovereenkomst. 

Vordering nakoming koopovereenkomst
De verkoper liet het daar niet bij zitten en vorderde in kort geding nakoming van de koopovereenkomst. De rechtbank wilde zich niet aan deze discussie branden; de zaak zou te gecompliceerd zijn voor een beoordeling in het kader van voorlopige maatregel in een kort geding. Het Hof denkt daar anders over. Het weegt daarbij aan de ene kant af dat de koper op basis van de clausule in de koopovereenkomst veel vrijheid heeft om te beoordelen of hij de koopovereenkomst mag beëindigen. Aan de andere kant mag de koper niet ‘voor elk wissewasje’ beëindigen, aldus het Hof. De koper moest hier weldegelijk aantonen dat hij in het kader van het onderzoek op wezenlijke punten was gestuit. De koper heeft daarvoor zeven punten genoemd, maar bij geen van deze punten kunnen onderbouwen dat dit inderdaad belangrijke, wezenlijke punten waren. Er ontbreekt ook een berekening van de impact voor koper. Het Hof gaat er vanuit dat deze punten niet belangrijk genoeg zijn en wijst daarom de vordering van de verkoper tot nakoming van de koopovereenkomst alsnog toe, met een dwangsom.

Voorbehoud duidelijk omschrijven
Zo haalt de rechter dus het scherpe randje af van een schijnbaar in het voordeel van een koper geformuleerde bepaling het uit koopcontract. Wij zullen daarop uiteraard alert zijn bij het opstellen of beoordelen van een koopcontract voor u als ondernemer. 


Wilt u meer weten over deze blog? Neem dan contact op met Catelijne Bach van de 
sectie Fusies en Overnames.

Deze blog bevat algemene informatie en is met veel aandacht en zorgvuldigheid geschreven. Juridisch advies is echter altijd maatwerk. Wint u dus in een voorkomend geval altijd deskundig juridisch advies in. (Lees onze disclaimer).