Ik geniet dezer dagen van de discussies in Nederland over de Coronawet. Niet omdat het juridisch een hoogstaand debat is, maar omdat het bijna aandoenlijk is om te zien hoe tegenstanders van die wet proberen duidelijk te maken welk kwaad erachter schuilgaat: de vrijheid van vereniging wordt afgeschaft, de parlementaire controle wordt gemangeld, grondrechten worden aangetast, onze privacy verkwanseld. Kortom, een dictatuur is in aantocht.
Beetje boevig
Nou is het natuurlijk volkomen terecht dat we kritisch zijn op die Coronawet, maar kom op jongens, ons parlementaire gepolder en geploeter in coronatijden heeft niets uit te staan met de aankondiging van een dictatoriaal regime. We proberen het gewoon te regelen. Het kabinet is hoogstens een beetje boevig door zichzelf net wat meer bevoegdheden te geven dan eigenlijk hoort in een parlementaire democratie. Een tik op de vingers en daarmee is de kous af.
Dictatuur
Een dictatuur word je niet door het enkel aannemen van een rammelende wet. Om te beginnen moet er iemand dictator willen worden. Nou hebben we die wel, maar die zitten vooralsnog niet in de regering. Voor autoritaire leiders met dictatoriale aspiraties is een crises als die rond het coronavirus overigens wel een geschenk uit de hemel. Kijk naar Orbán. Terwijl noodwetten van andere landen zich concentreren op maatregelen om de bevolking tegen het virus te beschermen, liet Orbán een ‘machtigingswet’ aannemen die enkel en uitsluitend draait om uitbreiding van zijn macht in Hongarije. Nou zijn er gelukkig veel mensen, ook in Nederland, die zich zorgen maken over fundamentele vrijheden en de rechtsstaat. Maar wat me dan verbaast is dat uitgerekend die mensen dan achter een leider gaan aanlopen en zich door een engel (Willem dit keer, niet Gabriël) laten ophitsen om tegen ons schamele Coronawetje aan te schoppen. Ondertussen laten ze het echte gevaar, zoals bijvoorbeeld Orbán en zijn kliek, gewoon links liggen. Het gevaar huist echt niet in ons tandeloze kabinet. Het gevaar huist in mannen die machtswellustig zijn. In hitsers met een te groot ego. Laten we daar nou eens een spandoek tegen maken (en anders sturen we er desnoods Famke Louise op af).
